WinRAR 6.00

WinRAR 6.00

1. De opties “Negeren” en “Alles negeren” zijn toegevoegd aan de leesfoutmelding. “Negeren” maakt het mogelijk om door te gaan met verwerking van alleen het al gelezen bestandsdeel en “Alles negeren” doet dit voor alle toekomstige leesfouten.
Bijvoorbeeld, als u een bestand inpakt waarvan een deel ervan vergrendeld is door een ander proces, en als u “Negeren” kiest in de leesfoutmelding, dan zal alleen het deel van het bestand worden opgeslagen in het archief dat voorafging aan het onleesbare gebied.
Dit kan helpen bij het voorkomen van het onderbreken van langdurige inpakhandelingen, maar let wel op dat bestanden ingepakt met de optie “Negeren” onvolledig zijn.
Als de schakeloptie “-y” is meegegeven, dan wordt “Negeren” standaard toegepast op alle bestanden.
De eerder beschikbare opties “Opnieuw” en “Sluiten” zijn nog steeds aanwezig in de leesfoutmelding.

2. Foutcode 12 wordt teruggegeven in de opdrachtregelstand in het geval van leesfouten. Deze code wordt teruggegeven voor alle opties in de leesfoutmelding, waaronder een nieuw geïntroduceerde optie “Negeren”.
Eerder werd de gebruikelijkere algemene fatale foutcode 2 teruggegeven voor leesfouten.

3. Indien verschillende archieven zijn gekozen, dan kan de optiegroep “Archieven uitpakken naar” op het tabblad “Opties” van het uitpakdialoogvenster worden gebruikt om uitgepakte bestanden in de doelmap te plaatsen, in individuele submappen in archiefmappen en direct naar archiefmappen.
Deze vervangt de optie “Archief uitpakken naar submappen” en is alleen beschikbaar als er meerdere archieven zijn gekozen.

4. De nieuwe schakeloptie “-ad2” plaatst uitgepakte bestanden direct naar de eigen map van het archief. In tegenstelling tot “-ad1” probeert deze nieuwe schakeloptie niet een losstaande submap te maken voor elk uitgepakt archief.

5. De optie “Aanvullende schakelopties” op het tabblad “Opties” van de inpak- en uitpakdialoogvensters maken het mogelijk om de schakelopties op te geven voor de WinRAR-opdrachtregel. Dit kan nuttig zijn als er voor een bepaalde schakeloptie geen overeenkomende optie bestaat in de grafische interface van WinRAR.
Gebruik deze functie alleen als u bekend bent met de syntax van de WinRAR-opdrachtregel en u volledig begrijpt wat de opgegeven schakelopties voor zijn bedoeld.

6. De compressieparameters in de opdracht “Benchmark” zijn gewijzigd naar een woordenboekgrootte van 32 MB en de methode “Normaal”. Deze komen overeen met de standaardstand van RAR5 en zijn geschikter om de gebruikelijke prestaties te benaderen van recente WinRAR-venster dan de vroegere opties 4 MB en “Beste”, die bedoeld waren voor de RAR4-indeling.
De recentste “Benchmark”-resultaten kunnen niet direct worden vergeleken met die van eerdere versies. Een nieuwe groep parameters leveren verschillende waarden op, waarschijnlijk lagere waarden vanwege de woordenboekgrootte die acht keer zo groot is.

7. Bij het uitpakken van een groep bestanden uit een compacte volumeset probeert WinRAR volumes over te slaan aan het begin van vangt het uitpakken aan vanaf het volume die het dichtste zit bij het opgegeven bestanden met de lege compact-statistieken.
Standaard maakt WinRAR, waar dit mogelijk is, de compact-statistieken leeg aan het begin van compacte volumes van voldoende grootte. Voor zulke volumes kan het uitpakken van een groep bestanden in het midden van een volumeset nu sneller zijn.
Prestaties zijn niet gewijzigd wanneer alle ingepakte bestanden worden uitgepakt.

8. In vorige versies viel WinRAR automatisch terug naar het uitpakken vanaf het eerste volume in het geval dat de gebruiker het uitpakken gestart heeft vanaf van een later volume (alle behalve het eerste) en wanneer het eerste volume beschikbaar was. Nu doet WinRAR dit alleen als alle volumes tussen het eerste en het opgegeven volume ook beschikbaar zijn.

9. Er wordt een waarschuwing gegeven bij het sluiten van WinRAR als een of meerdere ingepakte bestanden zijn gewijzigd buiten WinRAR om, maar deze nog niet zijn opgeslagen terug in het archief, omdat een externe toepassing deze nog vergrendeld heeft. Zulke waarschuwingen bevatten de lijst van gewijzigde bestanden en stelt voor om direct te sluiten en daarmee wijzigingen kwijt te raken of om terug te keren naar WinRAR en een editortoepassing te sluiten.
Eerdere versies gaven een vergelijkbare melding bij het wijzigen van een bestand, maar gaven geen herinnering bij het sluiten.

10. De optie “Verplaatsen naar prullenbak” in de optiegroep “Archief verwijderen” van het uitpakdialoogvenster plaatst verwijderde archieven naar de prullenbak in plaats van dat ze permanent verwijderd worden.

11. De nieuwe opdracht “Geschiedenis leegmaken…” in het menu “Opties” maakt het mogelijk om de lijst met pasgeopende archieven in het menu “Bestand” leeg te maken en lijsten in uitvalmenu’s met eerdere opgegeven waarden in de diverse dialoogvensters. Bijvoorbeeld, deze waarden bevatten archiefnamen in het inpakdialoogvenster en doelpaden in het uitpakdialoogvenster.

12. De opties “Bestandstijd” in het tabblad “Overig” het uitpakdialoogvenster zijn nu beschikbaar voor 7z-archieven. Als aanvullen op de wijzigingstijd kan WinRAR de aanmaak- en laatste-toegangstijd instellen bij het uitpakken van zulke archieven.

13. De optiegroep “Items in submenu “Nieuw”” is toegevoegd aan het dialoogvenster “Instellingen”, tabblad “Integratie”, knop “Contextmenu-items…”. Deze opties kunnen worden gebruikt om de items “WinRAR-archief” en “WinRAR-ZIP-archief” weg te halen uit het submenu “Nieuw” van het Windows-contextmenu.
De nieuwe staat van deze optie wordt alleen toegepast als u op “OK” drukt in zowel het dialoogvenster “Contextmenu-items” als het bovenliggende dialoogvenster “Instellingen”.

14. De opdrachten “”, “” en “” kunnen worden toegevoegd voorafgaand aan de programmanaam bij de SFX-opdracht “Setup”. Hiermee is het mogelijk een programma uit te voeren met een gemaximaliseerd, geminimaliseerd of verborgen venster. Bijvoorbeeld:
Setup=setup.exe

15. Het is mogelijk om een aanvullend logo met hoge resolutie op te geven voor de SFX-module. Als een dergelijk logo aanwezig is, dan zal de SFX-module deze schalen en weergeven in “Hoge DPI”-stand van Windows. Hiermee wordt een zichtbaar hogere kwaliteit geboden in vergelijking met het vergroten van het standaardlogo.
Gebruik de optie “SFX-logo in hoge resolutie” in het dialoogvenster “Uitgebreide SFX-opties” om een dergelijk logo vast te leggen. Voeg in de opdrachtregelstand een tweede keer de schakeloptie “-iimg” toe om het logo in hoge resolutie in te stellen.
De aangevolen grootte van een PNG-bestand met logo in hoge resolutie is 186×604 pixels.

16. Als een archief dat momenteel is geopend in de WinRAR-shell, verwijderd of verplaatst wordt door een andere programma, dan zl WinRAR “Ontoegankelijk” weergeven voorafgaand aan de archiefnaam in de venstertitel. Ook knippert het vensteropschrift en de taakbalkknop.

17. De optie “Volledige informatie” in het dialoogvenster “Rapport” is hernoemd naar “Koppen en totalen”. Vanaf heden worden er ook koppen van rapportkolommen toegevoegd, aanvullend aan de informatie over het totaalaantal bestanden en archieven weergegeven in de lijst.

18. Als de archiefverwerking is gestart vanuit een Windows-contextmenu op een systeem met meerdere monitoren, dan zal WinRAR zijn voortgangs- en dialoogvensters weergeven op de monitor met het contextmenu.
Hoewel basisondersteuning voor meerdere monitoren al aanwezig was in eerdere versies van de shelluitbreiding voor muisgestuurde opdrachten, vanaf nu is deze uitgebreid naar handelingen die zijn ingezet vanuit het toetsenbord en naar het loslaten van bestanden in archieven.

19. De nieuwe schakeloptie “-imon” maakt het mogelijk om een monitor te kiezen waarop de voortgangs- en dialoogvensters van WinRAR worden weergegeve in de opdrachtregelstand.
Gebruik “-imon1” voor de primaire “-imon2” voor de secundaire monitor. Bijvoorbeeld, de opdracht “WinRAR x -imon2 archiefnaam” zal het archief gaan uitpakken op de tweede monitor.
Dit werkt alleen in de opdrachtregelstand en heeft geen invloed op de interactieve grafische WinRAR-interface alsmede de console-RAR-versie.

20. De schakeloptie “-idn” verbergt de uitvoer van ingepakte namen bij het inpakken, uitpakken en enkele andere opdrachten in de console-RAR-versie. Andere berichten en het totale-voortgangspercentage hebben hier geen invloed op.
U kunt deze schakelopite gebruiken om de hoeveelheid visuele “rommel” en overhead van console-uitvoer te verminderen bij het in- of uitpakken van een grote hoeveelheid kleine bestanden.
Let op dat met deze optie het mogelijk wordt dat u kleine visuele foutjes ziet, zoals de percentage-indicator die de laatste aantal tekens van foutmeldingen overschrijft.

21. De voormalige schakeloptie “-im – meer informatie weergeven” is gewijzigd naar “-idv – uitgebreide uitvoer weergeven”, waarmee consistentie wordt bereikt met de berichtstuuropties “-id[c,d,p,q]” op de console-RAR. Hiermee wordt een mogelijk naamconflict voorkomen met de nieuwere schakeloptie “-imon”.
Hoewel WinRAR nog steeds zowel “-im” als “-idv” herkent, is het mogelijk dat in een toekomstige versie ondersteuning voor “-im” weggehaald wordt.

22. Het is mogelijk om een optionele variabele %arcname% toe te voegen aan de naam van een compressieprofiel. Een dergelijke variabele wordt vervangen door de effectieve archiefnaam. Dit kan handig zijn bij het gebruik met de profieloptie “Toevoegen aan contextmenu”. Bijvoorbeeld, u kunt een ZIP-compressieprofiel maken en de naam ervan instellen op “Toevoegen aan %arcname%”, met als resultaat dat de effectieve ZIP-archiefnaam wordt weergegeven in het contextmenu.

23. De sneltoeten Ctrl+C en Ctrl+Ins kunnen worden gebruikt in het venster “Diagnostische berichten” om de inhoud ervan naar het klembord te kopiëren.

24. Er wordt meer tekst toegestaan in de sneltip van het systeembalkpictogram voordat een langere tekst wordt afgekapt. Daarnaast wordt zulke tekst voortaan afgekapt in het midden van de tekst, waardoor zowel de soort opdracht als het voortgangspercentage zichtbaar blijven.

25. Als in het geval van een schone installatie geen compressieprofielen van een eerdere versie voorkomen, dan wordt het veld “Toe te voegen bestanden zonder compressie” in nieuw aangemaakte vooropgegeven compressieprofielen ingesteld op: *.rar *.zip *.cab *.7z *.ace *.arj *.bz2 *.gz *.lha *.lzh *.taz *.tgz *.xz *.txz
U kunt op een later moment dit veld wijzigen en een eigen waarde opgeven.
Eerdere versies lieten dit veld leeg bij een schone installatie.

26. De geschiedenis van doelpaden in het uitpakdialoogvenster vat voortaan paden zoals “map” en “map” op als hetzelfde pad en geeft alleen het item “map” weer in de geschiedenis. In eerdere versies werden hiervoor beide items in de geschiedenis gezet.

27. De grafische optie “Itanium-uitvoerbaar-bestandscompr. inschakelen” en de overeenkomstige schakeloptie “-mci” op de opdrachtregel zijn verwijderd. Geoptimaliseerde compressie van Itanium-uitvoerbare bestanden wordt niet meer ondersteund. WinRAR kan nog wel steeds dergelijke archiefbestanden uitpakken.

28. Opgeloste fouten:

a) de opdrachten “Vergrendelen”, “Commentaar” en “Beschermen” konden niet in een keer worden toegepast op meerdere archieven die waren gekozen in de bestandslijst van WinRAR;

b) het SFX-archiefproces in Windows 10 werd niet beëindigd na afloop van het uitpakken als aan alle van de volgende voorwaarden werd voldaan: het archiefcommentaar bevatte wel de opdrachten “Setup” en “SetupCode”, maar niet de opdracht “TempMode” en het installatieprogramma werd voor meer dan 8 minuten uitgevoerd;

c) compressieprofielen met een aanhalingsteken in hun naam konden niet worden opgestart vanuit het contextmenu van Windows Verkenner